Alle logistieke data via het Open Trip Model

Initiatieven voor standaarden in de wereld van transport en logistiek zijn niet nieuw. Zo loopt het programma “Papierloos Transport” vanuit TLN ook al een paar jaar. Vooropgesteld: het is een complexe materie door de diversiteit aan leveranciers en systemen, een wisselende informatiebehoefte en vele belanghebbenden. Niet alle initiatieven uit het verleden zijn daarom even succesvol geweest. Toch hebben we al hele mooie resultaten geboekt. Wat velen niet weten, is dat de TLN transportopdracht en standaard e-factuur (UBL) door echt veel vervoerders gebruikt worden. Mede ook dankzij het omarmen van deze standaarden door een aantal grote TMS leveranciers. En het mooie is: de behoefte aan standaarden is actueler dan ooit. Er gaat de komende jaren alleen maar meer data uitgewisseld worden. Niet alleen tussen bedrijven, maar ook tussen overheden en bedrijven. Denk hier bijvoorbeeld ook aan het onlangs geïntroduceerde DEFlog: Data Exchange Facility Logistics.

Het Open Trip Model lijkt hierin een belangrijke sleutelrol te gaan vervullen. Dankzij het model kan al op een eenvoudige manier data uitgewisseld worden tussen overheden, verladers, logistiek dienstverleners, transporteurs en onderaannemers. Vooral ook door de inspanningen van SUTC en DALTI zijn de afgelopen maanden extra stappen gemaakt. 

Wat is het Open Trip Model?

OTM is een open source datadeel model, of eenvoudiger: een uniforme taal voor het delen van logistieke data. Logistieke data omvat hierin alle data die van belang is voor transportbewegingen. Dat gaat van aankomst- en vertrektijden, locaties en lading van vrachtauto’s, tot brughoogtes, milieuzones en parkeerplaatsen Het OTM model maakt het eenvoudiger om koppelingen te leggen tussen verschillende soorten systemen. Het idee erachter is vrij simpel. Als iedereen dezelfde (digitale) taal spreekt, hoeven we niet meer te vertalen. In de praktijk: als iedereen voor communicatiedoeleinden zijn berichten eenmalig vertaalt naar OTM, begrijpt iedereen elkaar. Van belang is daarom om de taal OTM zo volledig mogelijk te maken. 
De kracht van OTM zit in het feit dat het basismodel modulair is opgebouwd. Het is daardoor mogelijk om standaard datasets op te stellen voor veelgebruikte berichten als transportopdrachten, statusinformatie, logistieke data (milieuzones, voertuigbeperkingen, updates van venstertijden, etc.), waardoor de uitwisseling van die data tussen de verschillende IT systemen veel eenvoudiger wordt. Dure maatwerkkoppelingen zijn niet meer nodig, omdat het model aan ontwikkelaars voldoende mogelijkheden en ruimte biedt om aan bedrijfsspecifieke wensen en eisen te voldoen.  

Wat is er nieuw in OTM 5.0?  

Even terug naar het begin: Het Open Trip Model is oorspronkelijk ontwikkeld om zogenaamde executie data uit te wisselen met control towers. Inmiddels is OTM door diverse bedrijven en projecten toegepast en is gebleken dat het model geschikt is voor veel bredere inzet in de logistieke sector. Zo hebben gemeenten en wegbeheerders logistieke data (voertuig beperkingen, venstertijden, etc.) via OTM beschikbaar gesteld aan belanghebbenden, zoals transportplanners. Daarnaast hebben verkeerscentrales beter inzicht in actuele logistieke bewegingen dankzij OTM. OTM is ook bruikbaar voor het uitwisselen van transportstatus updates van verladers naar vervoerders, maar ook van vervoerders naar onderaannemers.
Voor een bredere adoptie en toepassing van het model moet het zich blijven uitbreiden. Zo heeft een werkgroep mogelijk gemaakt dat ook de uitwisseling van transportopdrachten en zending-informatie via OTM mogelijk is in OTM 5.0. Hiervoor is de standaard TLN transportopdracht volledig geïntegreerd. Daarnaast wordt momenteel ook gewerkt aan een standaard koppeling tussen TMS systemen en Fleet Management Systemen (FMS) op basis van OTM 5.0. 

Wie zijn er inmiddels met OTM 5.0 aan de slag?

Via SUTC en DALTI hebben we de uitbreiding van OTM opgepakt met diverse ICT-leveranciers in de vorm van een aantal groepssessies. Met systeemontwikkelaars van o.a. TANS, Centric, Filogic, Cape Groep en Rainbow Solutions zijn transportopdrachten gemodelleerd op basis van OTM en wordt er getest of de berichten via elkaars systemen uitgewisseld kunnen worden. Deze integratie is noodzakelijk om enerzijds het OTM krachtiger te maken en anderzijds om tot een uniforme werkwijze te komen voor de uitwisseling tussen diverse systemen. Op dit moment worden de eerste versies van het nieuwe model in de praktijk getest.

Ook OTM tussen TMS en FMS systemen

De communicatie tussen FMS en TMS systemen is inmiddels ook al mogelijk met OTM berichten. TMS leverancier Filogic heeft dit al ontwikkeld met FMS leverancier Data2Track. Inmiddels is er ook een praktijkcase gestart voor uitwisseling op dezelfde manier tussen Logistic Planet en Prometheus. Het gaat hier om het versturen van ritten met taken vanuit het TMS naar de app of bordcomputer. Ook de statusmeldingen, aangevuld met antwoorden van de chauffeur, worden in OTM berichten teruggestuurd naar het TMS van de vervoerder. Geen pilot, maar een daadwerkelijke implementatie. Ook deze bevindingen worden gedeeld met een specifieke werkgroep “standaardisatie FMS” vanuit SUTC en Dalti.

Wat is de rol van SUTC en DALTI?

Het OTM is in beheer bij SUTC en is daarmee voor de gehele logistieke (IT-) sector vrij en gratis beschikbaar. SUTC adviseert en ondersteunt logistieke en IT-partijen bij het maken van keuzes voor standaarden en bij de implementatie ervan. Ook draagt SUTC zorg voor de doorontwikkeling van het model, in samenspraak met de gebruikers van het model zijnde de logistiek dienstverleners, verladers en ICT leveranciers. .
De ICT-leveranciers, die zich hebben verenigd in DALTI werken samen om standaardisatie in de logistieke sector te versnellen. Zij zien OTM als de basis voor verdere standaardisatie in de logistiek en werken samen met SUTC aan de doorontwikkeling van OTM.